Henry van de Velde volgde een kunstopleiding bij Charles Verlat aan de kunstacademie in Antwerpen. Ook studeerde hij korte tijd bij Charles Carolus-Duran in Parijs. Samen met Victor Horta lag hij aan de basis van de Art Nouveau in België.
Vanaf 1892 verliet hij de schilderkunst en legde hij zich toe op de toegepaste kunsten (edelsmeedkunst, porselein en bestekken, modeontwerpen , tapijt- en stoffendesign) en ook op architectuur met onder meer de bouw van zijn eigen woning in Ukkel, huis Bloemenwerf.
Hij ontwierp ook interieurs en meubels voor de invloedrijke kunsthandel "Art Nouveau", van de galerijhouder Samuel Bing in Parijs in 1895. Ook stond Van de Veldes werk in het paviljoen van Bing op de Wereldtentoonstelling in 1900 in Parijs. Van de Velde werd beïnvloed door de Engelse Arts and Craft-beweging met John Ruskin en William Morris en was één van de eerste architecten en meubelontwerpers die in een abstracte stijl met gebogen lijnen werkte. Van de Velde verzette zich tegen het kopiëren van historische stijlen en koos beslist voor een oorspronkelijke vormgeving. Hij wilde de banaliteit en de lelijkheid uit 's mensen geest verdringen.
Rond de eeuwwisseling kreeg Henry Van de Velde een aantal opdrachten in Duitsland, onder andere voor het Folkwangmuseum in Hagen en het Nietzschehuis in Weimar. Hij werd bovendien de grondlegger van de School voor Kunstnijverheid en de academie in Weimar, de voorloper van het Bauhaus dat door Walter Gropius verder uitgebouwd zou worden te Dessau. Hij onderhield ook een nauwe band met de Deutscher Werkbund.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog verbleef hij in Zwitserland en in Nederland, waar hij het Kröller-Müller Museum in Otterlo ontwierp. Van 1926 tot 1936 was hij professor aan de Universiteit Gent, waar hij de architect was van de universiteitsbibliotheek (de welbekende Boekentoren).
Hij is tevens de ontwerper van het logo der Belgische Spoorwegen: de beroemde letter "B" in een liggende ellips.
"De
grootste prof moet blijvend
kunnen verbazen en boeien,
terug en vooruit doen kijken,
moet inspiratie en energie
geven, maar ook een rustpunt
bieden. En dit voor iedereen,
tijdloos, leeftijdloos en grenzeloos.
Dat is precies wat
Henry Van de Velde in zijn
Boekentoren stak. En dat is
moeilijk te overtreffen."
Dr. Sylvia Van Peteghem is
hoofdbibliothecaris van de
universiteitsbibliotheek van de
UGent.